BOLIVIA/POTOSI
Door: Inge
Blijf op de hoogte en volg Inge
19 Oktober 2018 | Bolivia, Potosí
Vanuit Sucre de taxi genomen naar Potosi. Een prachtige tocht door steppe-achtig landschap. We waren voorbereid op een arm mijndorpje, reden binnen via de vuilopslagplaatst, een enorm gat, alsof ze een berg hadden uitgegraven, daar alle troep in gooiden en er dan weer, maar dan een hogere, berg van zouden maken. Tot het gevuld was zal het open blijven liggen met alle gevolgen van dien…een enorme troep in de omgeving. Na veel zoeken door arme wijken en kleine straatjes kwamen we eindelijk bij ons hotel aan. Niet veel soeps maar het lag dicht bij het kleine centrum met een leuke gezellige Plaza 10 de Noviembre . We (althans ik) had dit kleine mijndorpje uitgezocht omdat ik heel graag de mijnen in wilde. Reinout zag het meer als tussenstop voor onze trip naar Uyuni (een enorme zoutvlakte ongeveer 200 km van Potosi).
Potosi ligt op +/- 4000 mtr, een verschil van iets van 1200 mtr met Sucre en dat merk je! Eerst maar even wat eten. We vonden een leuk restaurantje vlakbij….dat bleek ook gelijk het gezelligste restaurant te zijn. Binnen stond de haard aan, het was echter niet eens koud, maar het oogde wel knus. We zaten nog niet of hoorden achterin Nederlands praten. Zoals altijd zijn wij dan heel blij met ons Papiaments! Na 5 minuten komt er een …jawel, Nederlands gezinnetje binnen, lopen naar achter en draaien gelijk rechtsomkeer al roepend “he get, nederlanders” en weg waren ze. Haha, we zijn dus niet de enigen. Na onze maaltijd kwam er een hele grote groep Nederlanders binnen zetten, niet te geloven. De koffie namen we elders. Onze hele Zuid Amerika reis amper een toerist gezien, maar ze zitten hier allemaal, Fransen, Belgen, Nederlanders, Duitsers, Brazilianen en een stel uit Mallorca en Spanje. Ze komen of vanuit La Paz en gaan naar het zuiden of andersom.
Maar goed, ik kwam dus voor de mijnentour. Rein vond het maar niks dat ik ging, er zitten zeker risico’s aan, maar ja, ik ben een kind van een moeder die het ook niet zou kunnen laten risico’s te nemen. Wat een ervaring!!!! Bij het tour bureau stonden 2 mensen uit Mallorca en er zouden 8 nederlanders/belgen meegaan. Toen de guide riep wie zich bij de spaanse groep zou voegen had ik mijn keuze al snel gemaakt en het stel uit Mallorca was nog een leuk stel ook, hoewel best moeilijk te verstaan voor mij, toch weer heel anders dan het spaans hier. Enfin, eerst met de bus naar een markt, waar ons door onze guide werd uitgelegd hoe de mijnwerkers het in de mijnen overleefden. Al coca bladeren kauwend liet hij ons een soort staafjes zien die je bij de coca kon voegen om het een ander smaakje te geven. Daarnaast goot je, als je een lekkere drap coca in je wangzak had verzameld er nog een goeie dot 95 procent alcohol in…..hmm heerlijk… of wij ook wat wilden; nee dus. Daarnaast liet hij ons nog zien hoe ze met dynamiet omgingen, waarna we zelf konden besluiten of we iets voor die arme mijnwerkers wilden kopen om het leven wat aangenamer te maken. Voor 15 BOB een 2 ltr fles frisdrank gekocht en een zak coca. Daarna met z’n allen de bus weer in naar een loods waar we een pak, laarzen en een helm kregen omdat we onder het stof zouden komen te zitten in de mijnen. We zagen er niet uit, maar dat kon de pret niet drukken.
Op naar de mijnen. De groep Nederlanders en Belgen mochten voor. Wij moesten wachten zodat we niet achter elkaar aan zouden lopen. Komt er al hijgend en proestend een hele lange Belg weer naar buiten, helemaal buiten adem en bijna hyperventilerend. Oh zegt onze guide, een stukje verderop wordt het beter en kan je rechtop staan. “No way” dat ik daar weer in ga, verschrikkelijk roept hij.
Tja, nu werd ik toch wel zenuwachtig, ik had wat last van kortademigheid door de hoogte en mijn longen zijn ook niet meer wat het geweest was. De guide zag de angst in onze ogen en bood ons wat van zijn coca bladeren aan (hij had inmiddels het halve zakje al achter z’n kiezen). Niemand nam, maar ik heb toch maar een half handje naar binnen gewerkt ;-) Wij naar binnen, bukkend, later werd het wat hoger, maar ik gaf die Belg volkomen gelijk, die had die tocht nooit volgehouden met z’n lange lichaam en ik was heel blij dat Rein niet mee wilde. Je tekent vooraf een briefje met de belofte dat het tourbedrijf niet aansprakelijk is mocht je iets overkomen. Heel goed dat ze dat gedaan hebben, want dit was best wel trickie! Ik was de oudste van de hele groep. Er zou een 3e guide mee gaan voor ‘in case of’, maar die bleef bij de andere groep omdat die groter was. We hebben echt halsbrekende toeren moeten uithalen in die mijn, loszittende trappen, door gaten klauteren waar de stenen naar beneden kletterden, en blij dat ik een helm op had want ik stootte diverse keren m’n kop. De guide was absoluut geen gentlemen, was zelf een mijnwerker geweest, overleven, hard zijn en geen gezeur, fatsoen had hij nooit geleerd zei hij zelf nog ;-)
Zilver, platina, (nep)goud we hebben het allemaal gezien in die mijn, maar wat moeten die mensen het ontberen. Gemiddeld worden ze 45 tot 50, ze beginnen meestal rond hun 17e. Alleen mannen mogen in de mijn, een macho cultuur en er zijn groepen die hun eigen afdeling hebben en meer verdienen dan de anderen. Begeef je je op de verkeerde plek in de mijn dan kan het al gauw zijn dat je een kopje kleiner gemaakt wordt. Je kan er snel verdwalen, dus oppassen geblazen. Het leek erop of de gids op een gegeven moment de weg kwijt was, maar het bleek dat hij aan het luisteren was waar er mijnwerkers bezig waren, zodat wij hun ons gekochte waar konden afstaan. Telkens als er een volgeladen kruiwagen met stenen aankwam moesten we snel tegen de wand gaan staan om hem door te laten….al puffend en hijgend met in een wang een flinke hoeveelheid coca, sjeesde hij dan voorbij zonder boe of bah te zeggen, jonge kerels, maar ook oudere. Gelukkig werken er geen kinderen meer. Zo af en toe wil er nog wel een vragen of ze er mogen werken maar de meesten gaan nu naar school werd ons gezegd. Er zijn in Potosi idd veel scholen, ook in Sucre hebben we veel universiteiten gezien.
Al met al een geweldige ervaring, maar ik hoop echt, voor deze mannen en Bolivia, dat het er ooit eens van komt dat al het gewonnen zilver niet alleen door grote buitenlandse bedrijven wordt opgekocht tegen een habbekrats maar dat er ook wat overblijft voor de verkoop in Bolivia zelf. In Potosi zelf was er geen zilver winkel te bekennen. Ik denk dat een toerist toch zeker een aandenken had gekocht waarmee deze arme mensen weer een stukje verder kunnen.
Op naar Uyuni.
-
21 Oktober 2018 - 09:06
Manin:
Al verslaafd aan de coca zus?
Reageer op dit reisverslag
Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley